Argumentatio-2
Paragraaf 100audio praeterea non hanc suspicionem nunc primum in Capitonem conferri; multas esse infamis eius palmas, hanc primam esse tamen lemniscatam quae Roma ei deferatur; nullum modum esse hominis occidendi quo ille non aliquot occiderit, multos ferro, multos veneno. habeo etiam dicere quem contra morem maiorum minorem annis lx de ponte in Tiberim deiecerit. quae, si prodierit atque adeo cum prodierit — scio enim proditurum esse — audiet.
Vertaling
Ik hoor bovendien dat deze verdenking niet nu voor het eerst op Capito rust, dat hij meerdere schandelijke zegepalmen heeft, maar dat dit toch de eerste palm met erelinten is die hem vanuit Rome gebracht wordt. Er is geen enkele denkbare manier om een mens te vermoorden waarmee hij er niet een flink aantal heeft omgebracht, velen met een dolk en velen met vergif. Ik kan zelfs iemand noemen, jonger dan zestig, die hij in strijd met de voorvaderlijke gebruiken vanaf een brug in de Tiber heeft gegooid. Al deze vergrijpen zal hij indien, of liever: wanneer hij als getuige naar voren komt – want ik weet dat hij dat zal doen, van mij te horen krijgen.
suspicio: Capito is blijkbaar nooit aangeklaagd of veroordeeld; Cicero suggereert echter dat er verdenkingen tegen hem bestaan. In §55 heeft hij de waarde van verdenkingen als uitgangspunt van een aanklacht uitvoerig besproken.
palmas: Capito werd in §19 al geïntroduceerd als een gladiator die veel prijzen (palmae) heeft gewonnen, dus veel mensen heeft gedood.
occidendi – occiderit: de woordherhaling maakt hoorbaar hoe gewoon het doden van mensen voor Capito was.
contra morem maiorum minorem: Cicero versterkt zijn grap (zie context) met een sterke alliteratie en het (bijna een beetje geforceerd) naast elkaar plaatsen van maiorum en minorem – een mooi voorbeeld van de jeugdige, uitbundige stijl die Cicero in deze speech nog bezigt.
prodierit – prodierit – proditurum esse: drievoudige woordherhaling die niet alleen benadrukt dat Capito nog als getuige gehoord zal worden, maar ook dat hij nu het doelwit van Cicero’s speech zal zijn. Cicero probeert Capito hiermee te intimideren.
lemniscatam: een palmtak met gestrikte linten was de hoogste beloning voor een overwinnaar. Cicero blijft tot het absurde toe vasthouden aan de, uiteraard ironische, positieve presentatie van Capito’s verdiensten als ‘gladiator’, waarin de locatie Rome kan figureren als het belangrijkste podium. Door middel van ironie en humor creëert Cicero een band met zijn publiek.
quem contra morem … deiecerit: Cicero maakt een toespeling op het spreekwoord “een zestigjarige van de brug gooien”. De precieze betekening van dit spreekwoord kennen we niet, maar Cicero maakt er een sombere grap van door te zeggen dat Capito ook jongere dan zestig van een (spreekwoordelijke) brug gegooid, dus gedood heeft.
nullum modum … deiecerit: zware beschuldigingen die hoorden bij het (geoorloofde) ‘zwart maken’ van de tegenpartij. Tegenwoordig zou dat als laster worden beschouwd waarvoor men strafrechtelijk vervolgd kan worden.
multas esse: de a.c.i. is afhankelijk van audio. De puntkomma is een typografische aanwijzing dat de indirecte rede wordt voortgezet.
palmas: hier niet ‘handpalmen’ maar ‘zegepalmen, overwinningen’
lemniscatam: een palma lemniscata was een zegepalm die, als speciale onderscheiding, met linten was versierd.
modum ... hominis occidendi: dominant gerundivum (alias gerundivumconstructie): ‘een manier om een man te vermoorden’.
aliquot: ‘een flink aantal’ (onverbuigbaar).
habeo: hier ‘ik kan’, Pinkster s.v. habeo 27.
morem maiorum: ‘de gewoonte van de voorouders’.
prodierit: futurum exactum van prod-ire ‘naar voren komen, verschijnen’ (als getuige).