Narratio
Na het exordium volgt, volgens de retorische handboeken, een uiteenzetting van de feiten, narratio genoemd. De advocaat vertelt daarin vaak kort iets over de afkomst en achtergrond van zijn cliënt (behalve wanneer dat zeer nadelig is), en vervolgens gaat hij in op de omstandigheden waaronder het misdrijf zou zijn gepleegd (of juist niet). Dit 'verhalende deel' van de redevoering is meestal het spannendste deel om te lezen, en Cicero blijkt ook in deze vroege redevoering al goed in staat om zijn publiek mee te laten leven met zijn cliënt en zo de aanklager als gemeenschappelijke vijand af te schilderen.